Goede dons hoort in een goede tijk

De tijk van een donsdeken omvat het dons dat u zo lekker warm houdt gedurende de nacht. Katoen is een ideaal materiaal om de tijk van te maken: het is stevig, het kan zo dicht geweven worden dat het geen dons of veren doorlaat, het neemt vocht goed op én het geeft vocht gemakkelijk weer af. Kwalitatief hoogwaardige donsdekens hebben in de regel dan ook een 100% katoenen tijk. De beste dons wordt altijd in een hoogwaardige tijk gevat, en precies dat maakt uw donsdeken tot een fijne donsdeken!

De kwaliteit van katoen wordt met Nm (nummer metrisch) aangeduid. Nm staat voor het aantal meter garen bij een gewicht van 1 gram. De katoensoorten die onze ateliers gebruiken vallen allemaal in de categorie ‘Perkal’ of in de categorie ‘Batist’. De fijnste stof die nog voldoende sterk en donsdicht is, weegt slechts 68gr/m2 en heeft een waarde van Nm 270 (superieure donsbatist, 270 meter garen weegt 1 gram). Voor donsdekens worden tijken vanaf Nm 70 gebruikt. Wij kiezen voor tijken vanaf Nm 100. De Nm 135 en de Nm 150 zijn vandaag de dag de meest gebruikte tijken voor de betere donsdekens.

Tijkfabrikanten

Duitse en Oostenrijkse tijkfabrikanten (er zijn er drie die er met name toe doen: Sanders, Hefel en Weidmann) zijn onovertroffen als het om donsdichte tijken van hoge kwaliteit gaat.

De naam van de Duitse stad Bramsche staat al meer dan 300 jaar synoniem voor fijn geweven stof uit Duitsland, Bramscher Tuch. Hier zetelt sinds 1885 het hoofdkantoor van Baumwoll-Weberei und Färberei Gebroeders Sanders.

Directe stikking of cassette stikking?

Sommige donsdekens hebben een vakpatroon waarbij boven- en ondertijk direct op elkaar worden genaaid. Deze zogenaamde directe stikking of directe step heeft als voordeel dat er op de stiksels ventilatie kan plaatsvinden. Om die reden wordt deze techniek voornamelijk toegepast bij de lichtere dekbedden, zoals het zomerdonsdeken en het All Year Light donsdeken. Hieronder kunt u zien hoe een donsdeken direct gestikt wordt.

Bij warmere donsdekens wordt de bovenkant van de tijk niet direct op de onderkant gestikt. Tussen de bovenkant en de onderkant van de tijk een plaatsen we hiertoe een ‘stegband’. Stegbanden variëren in hoogte van 1 tot wel 10 cm, al naar gelang de dikte van het donsdeken. Deze methodiek, de cassette stikking of cassette step, is ontwikkeld om er voor te zorgen dat er geen koudebrug kan ontstaan bij de stiksels.

De stegband zorgt ervoor dat het dons binnen de cassette blijft

De dikste cassette-gestikte winterdonsdekens hebben tussenschotten van 10 cm in hoogte. We spreken hier van een “Hochsteg”, een dekbed dat geschikt is om u ook onder de meest barre omstandigheden heerlijk warm te houden.

Soorten tijk

De kussens in onze collectie worden gevat in een katoenen Perkal tijk, Nm 70, Nm 80 of Nm 90. Voor de donsdekens in onze collectie worden uitsluitend katoenen tijken met een waarde van Nm 100 of hoger gebruikt. Doordat deze tijken goed ventileren en toch sterk zijn, zijn ze zeer geschikt om dons in te vatten. Bovendien is de binding fijn genoeg om stofdeeltjes buiten te houden.

De meest gebruikte tijken voor dekbedden zijn de Perkal tijk, de batist en de satijngeweven tijk. Onze voorkeur gaat uit naar de batist. Hieronder ziet u een overzicht van de door ons gebruikte tijken.

De Perkal tijk

De Perkal tijk of Cambric tijk is geweven van garen tussen de Nm 60 en Nm 100. De Perkal tijk is geweven volgens de “traditionele” linnenbinding zoals op de afbeelding hieronder te zien is. D.w.z. de inslag gaat afwisselend over een kettingdraad en onder een kettingdraad, en de tweede inslag werkt tegenovergesteld t.o.v. de eerste.

De batist tijk

De batist tijk is geweven van garen met waarden van Nm 135 tot Nm 270 en heeft binnen deze klasse verschillende waarden en benamingen. De binding is net als de Perkal tijk in linnenbinding (zie bovenstaande afbeelding), maar dan met fijnere draad. Door de aard van de binding zien de Perkal en de batist er aan beide kanten gelijk uit en voelen gelijk aan.

De satijn geweven tijk

De satijn geweven tijk (zie afbeelding hierboven) wordt geweven van fijne garen. Zij onderscheidt zich van de Perkal en de batist door de soort binding (satijnbinding of atlasbinding genaamd), waarbij de inslag afwisselend over meerdere en dan weer onder 1 kettingdraad gaat.

Een satijn geweven tijk valt heerlijk soepel, is lekker zacht en kenmerkt zich door een zachte glans. De satijn geweven tijk heeft 2 verschillende zijden. Aan de ene kant zie je met name de inslagdraden, aan de andere zijde juist de kettingdraden. Op dit moment voeren wij geen dekbedden met een satijn geweven tijk.